Nieuw samenwerkingsmodel voor alliantie om concurrentievermogen en rentabiliteit van de partnerbedrijven te verhogen

• Partners van de Alliantie zullen een “leider-volger”-model installeren om de efficiëntie en het concurrentievermogen van producten en technologieën te verbeteren
• Individuele partners zullen referentieregio's leiden waar zij sterk staan en daarbij fungeren als toegangspoort en ondersteuningsmechanisme voor het concurrentievermogen van de andere partners 
• De Alliantie zal prestaties op het gebied van producten, technologieën en markten blijven toetsen aan de hoogste normen in het bedrijfsleven.

Groupe Renault, Nissan Motor Co., Ltd. en Mitsubishi Motors Corporation, de leden van een van de grootste autoallianties ter wereld, kondigden vandaag verschillende initiatieven aan in het kader van een nieuw samenwerkingsmodel om het concurrentievermogen en de rentabiliteit van de drie partnerbedrijven te verbeteren.

De bedrijven van de Alliantie zijn van plan om  op gebieden zoals gezamenlijke inkoop voort te bouwen op bestaande voordelen van de Alliantie, door hun respectieve leidinggevende posities en geografische sterke punten te benutten en zo de bedrijfsontwikkeling van hun partners te ondersteunen.

“De Alliantie is een uniek strategisch en operationeel partnerschap in de autowereld en geeft ons een sterke voorsprong in het steeds veranderende wereldwijde autolandschap.”  Jean-Dominique Senard, voorzitter van de Alliance Operating Board en Renault. “Het nieuwe bedrijfsmodel zal de Alliantie in staat stellen om  de activa en capaciteiten van elk bedrijf ten volle te benutten, waarbij wordt voortgebouwd op hun respectieve culturen en verworvenheden. De drie bedrijven van de Alliantie zullen alle voertuigsegmenten en -technologieën bestrijken, in alle geografische gebieden, ten voordele van elke klant, en tegelijkertijd hun respectieve concurrentiekracht, duurzame rentabiliteit en maatschappelijke en ecologische verantwoordelijkheid vergroten.”

De directies van de drie ondernemingen hebben zich geschaard achter de principes van het “leider-volger”-model voor voertuigen, waarbij zij zullen samenwerken om:

• de standaardiseringsstrategie van de Alliantie verder te ontwikkelen, van platformen tot koetswerkstructuren;
• per productsegment te focussen op één moedervoertuig (leider-voertuig) en zustervoertuigen, ontworpen door het leider-bedrijf, met de steun van de teams van de volger-bedrijven;
• ervoor te zorgen dat leider- en volger-voertuigen voor elk merk worden geproduceerd met de meest competitieve organisatie, waar nodig inclusief een gegroepeerde productie; en
• voort te bouwen op productdeling in lichte bedrijfsvoertuigen, waar het “leider-volger”-model al wordt toegepast

Verwacht wordt dat het “leider-volger”-model zal leiden tot 40% minder investeringen in modellen voor voertuigen die volledig onder dit model vallen. Deze voordelen vullen naar verwachting de conventionele synergieën aan die vandaag al tot stand zijn gekomen.

De Alliantie onderschreef ook het principe om verschillende delen van de wereld als “referentieregio’s” te bestempelen, waarbij elk bedrijf zich concentreert op zijn kernregio’s. Doel hiervan is om een van de meest concurrerende bedrijven te zijn en als referentie te dienen voor de anderen om hun concurrentievermogen te versterken.

In dit deel van het model zou Nissan de referentie zijn voor China, Noord-Amerika en Japan, Renault voor Europa, Rusland, Zuid-Amerika en Noord-Afrika en Mitsubishi Motors voor ASEAN en Oceanië.

Aangezien elk bedrijf een referentiebedrijf wordt in de respectieve regio’s, nemen de mogelijkheden voor gedeeld gebruik toe, kan de deling van vaste kosten worden gemaximaliseerd en worden de activa van elk bedrijf ten volle benut.

De productupdates van de bedrijven gebeuren volgens het “leider-volger”-model en zowel leider- als volger-voertuigen worden geproduceerd volgens de meest competitieve structuur. Bijvoorbeeld:

• De vernieuwing van het C-SUV-segment na 2025 zal worden geleid door Nissan, terwijl de toekomstige vernieuwing van het B-SUV-segment in Europa zal worden geleid door Renault.
• In Latijns-Amerika zullen de B-productplatformen gerationaliseerd worden, van vier varianten naar slechts één voor zowel Renault- als Nissan-producten. Dit platform zal worden geproduceerd in twee bedrijven, die elk voor Renault en Nissan zullen produceren.
• In Zuidoost-Azië en Japan zullen de leden van de Alliantie in het kader van hetzelfde model op zoek gaan naar uitgelezen mogelijkheden, zoals de samenwerking tussen Nissan en Mitsubishi Motors op het gebied van kei cars.

Rekening houdend met al het bovenstaande, zal tegen 2025 bijna 50 % van de Alliantie-modellen worden ontwikkeld en geproduceerd in het kader van “leider-volger”-model.

Op het vlak van technologische efficiëntie zullen de leden van de Alliantie hun bestaande activa blijven kapitaliseren om ervoor te zorgen dat elk partnerbedrijf de investeringen in platformen, aandrijflijnen en technologieën blijft delen. Deze uitwisseling heeft zijn efficiëntie al bewezen bij de ontwikkeling van aandrijflijnen en platformen en heeft de succesvolle lancering van het CMF-B-platform mogelijk gemaakt voor Renault Clio en Nissan Juke, evenals het kei car-platform voor Nissan Dayz en Mitsubishi eK Wagon. De CMF-C/D- en CMF-EV-platformen volgen binnenkort.

Het “leider-volger”-model zal worden uitgebreid van platformen en aandrijflijnen tot alle belangrijke technologieën, waarbij het leiderschap als volgt wordt toegewezen:

• Autonoom rijden: Nissan
• Geconnecteerde autotechnologieën: Renault leidt Android-platform en Nissan in China
• E-body, het kernsysteem van de elektro-elektronische architectuur: Renault
• e-PowerTrain (ePT): CMF-A/B ePT - Renault; CMF-EV ePT – Nissan
• PHEV voor C/D segment : Mitsubishi

Dankzij dit nieuwe bedrijfsmodel zullen alle partnerbedrijven in staat zijn om hun ervaring en concurrentievermogen maximaal te benutten, zodat de Alliantie in haar geheel sterker wordt in de radicaal veranderende autowereld.